1871




Understeane artikels binne oernommen
út de earste jiergong fan de Friso:

Friso, woensdag 29 maart 1871
Eerste Jaargang No. 1

  WORKUM, Bij de plaats gehad hebbende stem-
ming op Vrijdag 24 j. l. van een lid voor den Ge-
meenteraad, voor wijlen den Heer TJERK VAN DER
BRUG, zijn uitgebracht 157 stemmen, meerder-
heid alzoo 79, waarvan zijn uitgebragt op de Heeren
ALBERT Hz. VIS 59,  ROELOF BIJLSMA 57, SIBBLE
WESTENDORP 35.De overige stemmen waren verdeeld,
zoodat er eene herstemming moet plaats hebben tus-
schen de Heeren A. Hz. VIS en R. BIJLSMA.


VERGADERING VAN DEN RAAD VAN WORKUM
                     Op Donderdag 23 Maart 1871.
 Afwezig B. S. Gaastra en J. A. Koch.
  6. Missive van Hemelumer Oldephaert en Noord-
wolde, goedkeurende het dezerzijds gedane voor-
stel, de leeruren in de school voor openbaar lager
onderwijs in het Heidenschap, te vermeerderen
van 4 op 6 's daags en, in verband daarmede, de
jaarwedde van den hoofdonderwijzer te verhoogen
van f 400,00 op f 500,00, een en ander in te
gaan met 1 April aanstaande.


Friso, woensdag 31 mei 1871

 Bevallen van een Zoon, JELTJE WESTENDORP-
VAN DER WERF.
   Workum, 29 Mei 1871.
    Kennisgeving aan Vrienden en Begunstigers.


Friso, woensdag 19 juli 1871

VERGADERING VAN DEN RAAD VAN WORKUM
                                             4 Juli 1871.
  Afwezig de heeren  B. S. Gaastra, R. J. Visser
en J. A. Koch.
  Behandelde punten:
  3. Opmerkingen van heeren gedeputeerde sta-
ten, met ingewonnen advies hieromtrent van de
plaatselijke schoolcommissie en het bestuur van
Hemelumer Oldephaert en Noordwolde, over het
voorstel tot verandering en vermeerdering van de
schooluren in het Heidenschap en verhooging van
de jaarwedde van den hoofdonderwijzer. Tot weg-
ruiming der bezwaren, te bepalen, dat het den
onderwijzer geoorloofd is, de kinderen tusschen
de schooltijden van 3 uur, ¼ uur vrij af te geven,
ter uitspanning, 't zij in- of buiten school, en de
verhooging van de jaarwedde van den hoofdonder-
wijzer onafhankelijk is van de vermeerdering der
schooluren, zoodat latere vermindering daarvan,
zoo deze in 't belang van 't onderwijs wenschelijk
mocht zijn, op de verhoogde jaarwedde niet van
invloed zal zijn.

  
Friso, woensdag 30 augustus 1871.

  HEIDENSCHAP, Nu de verkiezingen voor
leden van den Gemeenteraad ook in deze gemeente
wederom zijn afgelopen, wenschen wij  naar aan-
leiding daarvan, een enkel woord in 't midden te
brengen. Dat de aftredende leden allen weder
zijn herkozen, heeft op ons, in zeker opzicht,
een gunstigen indruk gemaakt; 't getuigt dat de
verschillende partijen op staat kundig gebied, hier
minder scherp tegenover elkander staan, dan in
sommige andere gemeenten.
  Er is echter één ding, dat wij, buitenlûi, hoe
we 't ook wenden of keeren en van welken kant
we 't ook bekijken, maar volstrekt niet kunnen
vatten.
  Voor zoo ver we weten, is er geen enkel buiten-
lid, die onze belangen in den Raad vertegenwoor-
digt. We vragen niet of dat rechtvaardig, maar
alleen - of dat billijk is. Is er dan geen enkele
buiten Workum geschikt en bekwaam genoeg, om
als vertegenwoordiger in den gemeenteraad op te
treden ?  Zie !  dat is iets, dat er bij ons maar
volstrekt niet in wil. Ook hier worden mannen
rakter en vooruitstrevende beginselen; mannen,
die 't belang van 't algemeen boven eigen belang
stellen.
  Ieder staatsburger heeft belang bij eene goede
vertegenwoordiging, en wel het meest bij een flinke
gemeenteraad. Doch, zal deze zijne roeping naar
eisch vervullen, dan moeten ook zijne leden, tot
zelfs in de kleinste bijzonderheden, bekend zijn
met de behoeften en wenschen der gemeentenaren.
Dit nu is, dunkt ons, bijna onmogelijk, wanneer
de leden van den raad uit één enkele plaats of
gedeelte der gemeente  gekozen worden.


Friso, woensdag 27 september 1871

VERGADERINGEN VAN DEN RAAD DER GEMEENTE
      WORKUM, 5 September 1871.
  Afwezig de heer B. S. Gaastra.
10. Voor kennisgeving aangenomen stukken.
b. Besluit van gedeputeerde staten, goedkeuren-
de de nieuwe regeling van de leeraren en de ver-
hooging van de jaarwedde van den hoofdonderwijs
zer in de school van 't Heidenschap.


Friso, woensdag 1 november 1871

 HEIDENSCHAP, 27 October. Als eene zeld-
zaamheid in de huishouding der dieren, verdient
het volgende bijzondere opmerking. Een varken
van zeker veehouder alhier, verkeerde in een toe-
stand, waarin deze dieren bij tijd en wijle zich
gewoonlijk zeer onrustig en opgewonden betoonen.
Spoedig bleek het, dat eene jonge koe zich voor
de liefkozingen van dit anders niet zeer vriende-
lijke beest bijzonder aangetrokken gevoelde. Sedert
houden ze zich dan ook getrouw in elkanders
nabijheid; en gebeurt het soms al eens, dat de
eerste om weer of wind of om andere redenen
zich voor een oogenblik in zijn hok terug trekt,
dan toont de andere zich al spoedig zeer verdrie-
tig, geeft in houding en door een zacht gemor
alle teekenen van onrust en verwijdert zich niet
eerder van 't varkenshok, dan wanneer haar mak-
ker zijn verblijf verlaat en aan hare zijde het land
ingaat. Die vriendschapsband is in den laatsten
tijd in een moederlijke genegenheid overgegaan,
zoo zelfs dat de koe haar beschermeling als haar
jong zoogt.


    FINALE VERKOOP
op Vrijdag 3 November 1871, namiddags 4
uur, bij BOIJING te Workum, van de vastig-
heden eigen aan de ERVEN LOLLE D. SCHAKEL
en gelegen in het Heidenschap en te Gaastmeer.
                                              K. TJEBBES,
                                                                 Notaris.


Friso, woensdag 29 november 1871

 BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN
WORKUM, gedenken bij enkele inschrijving
   AAN TE BESTEDEN:
Het maken en stellen van een nieuwe
                DRAAIBARE LOOPBRUG, over
                 de Heidenschapstervaart;
De levering van het daartoe benoodigde
           IJZERWERK,
De briefjes moeten ingediend worden ten
Gemeentehuize, vóór of op den 25sten dezer
maand, des middags ten 12 ure.
       't Bestek ligt intusschen ter lezing onder
het Gemeentehuis
       Aanwijzing Vrijdag morgen 10 uur, bij het
Stads-Magazijn.
                       F. MOSSEL, Burgemeester
                 HAVERSCHMIDT, Secretaris    



Friso woensdag 6 december 1871

 Van verschillende kanten werd Redactie van
dit blad verzocht, hare aandacht te willen wijden
aan de zaak der kunstwegen in 't kanton Hinde-
loopen. De Redactie meent niet beter te kunnen
doen, dan een paar van de daarover bij haar in-
gekomen brieven hier woordelijk te laten volgen.

De rijwegen in het kanton Hindeloopen.
  Sedert de laatste 30, 40 jaar, bestaat er in geheel
Friesland een loffelijk streven naar betere rijwegen.
Niet slechts zijn de vroegere slechte klei- en zandwegen
tusschen de voornaamste plaatsen door uitmuntende
straat-  of grindwegen vervangen maar verheugen de
meeste dorpen zich bereids over het bezit der laatst-
bedoelde wegen. Ook in het Kanton Hindeloopen,
met name in de gemeente Hemelumer Oldephaert en
Noordwolde, zijn de vroeger, gedurende een deel des
jaars onrijbare wegen door schier niets te wenschen
over latende kunstwegen vervangen ; de wegen langs
de zeedijken door gestadig begrinden in beteren toe-
stand gebracht: kortom, bijna overal de billijke wen-
schen van het publiek ten dezen opzichte bevredigd.
Slechts weinig blijft er te doen over, maar toch, er
blijft te doen over.
  Wij voor ons zouden ten minste zeer wenschelijk
achten.
  1°. dat de dorpen Molkwerum en Warns door een
kunstweg , met brug over de Warnser vaart, verbonden
worden.
  2°. dat er een kunstweg gelegd worde uit het mid-
den der stad Workum, door het Workumer veld en
Heidenschap tot de grenzen der gemeente Wijmbritse-
radeel, om aldaar aan de wegen binnen die gemeente
aan te sluiten.
  3°. dat de weg over den zoogenaamden ouden dijk
(oostelijk en zuidelijke grens van 't Workumer Nieuw-
land) bevloerd en begrind worde.
en 4°. dat de 2° en 3° genoemde wegen, mede door
een steeds rijbaren weg in verbinding gebracht worden.
  We ontveinzen het ons niet, dat 't niet zoo heel ge-
makkelijk zal zijn al deze wegen te erlangen. Een
der voornaamste bezwaren, zoo niet het voornaamste
bezwaar, is : het geld voor de uitvoering benoodigd, en
dat geld…… 't moet, wat de beide eerste wegen betreft
hoofdzakelijk uit de kassen der betrokken gemeenten
en, wat den bij 3° genoemden weg betreft, uit die van
den polderr het Workumer Nieuwland komen. Van de
zijde der provincie is stellig, als alle der wegen aan-
gelegd worden, op eene flinke subsidie te rekenen.
  En de eigenaren van vaste goederen, die door die
wegen gebaat worden, zouden zij zich ook niet gaarne
offers van geldelijken aard getroosten ?
  Laat allen, -- gemeente- en polderbesturen en be-
langhebbende particulieren - de handen eens in één
slaan : eendracht maakt macht.
  En als dat gebeurt, dan geven wij de hoop niet ver-
loren, dat, wat wij als wenschelijk beschouwen, eerlang
als eene werkelijkheid aanschouwd zal worden.

     Eene bede uit het Heidenschap.
 Hoe dikwijls ons, bewoners van het Heidenschap,
ook het uitzicht geopend is op een kunstweg door het
zoo productief gedeelte van de gemeente Workum, wij
worden daarin nog altijd teleur gesteld. Het gaat daar-
mede als een stout kind dat men met mooije beloften
naar bed jaagt.
  Wanneer toch zoo nu en dan eens een stem opgaat,
klagende over de drukkende belastingen, die telken
jare voor de gemeente Workum worden geheven, en
waartoe het Heidenschap een zeer aanzienlijk deel bij-
draagt (waarvoor wij zoo bitter weinig genieten), dan
worden wij telkens in slaap gesust door de verzekering,
dat de gemeenteraad reeds voor langen tijd zoo goed
is geweest aan ons te denken, en zelf nog pogingen
aanwendt, om de zoolang begeerde kunstweg door het
Heidenschap tot stand te krijgen. En dan wordt er
door heel het Heidenschap weer een juichtoon gehoord.
  Vol blijde verwachting gaan we weêr, wadende door
modderwegen of wel scheepje varende - onze ééni-
ge communicatie-middelen - onze afgelegen woningen
opzoeken.
  Indien dan het voorjaar en de zomer in 't land is,
en daarmede het voor ons, landbouwers, drukste ge-
deelte van 't jaar is aangebroken, dan wordt de behoef-
te aan een betere weg weêr voor een tijdlang vergeten,
doch zoodra de wintervoorraad in de schuur en het
vee op stal is en wij het voorregt (?) genieten, door
modder en slijk naar stad te kunnen gaan, dan worden
onze meer bevoorregte naburen en vooral de in alle
lusten deelende bewoners van de bebouwde kom der
gemeente Workum meer dan ooit benijd. Is het won-
der, dat er telkens een kreet van verontwaardiging op-
gaat voor zoo veel miskenning?. En toch, al dat kla-
gen baat niets !
  Welke middelen zijn al niet aangewend, om de zoo
vurig gewenschte verbeterde weg te verkrijgen ? Immer
heeft men ons bereid gevonden om zooveel ons doen-
lijk is, daartoe mede te werken.
  Vrijwillige afstand van grond en bovendien belang-
rijke sommen, zijn op eerste aanvrage toegezegd en,
niettegenstaande alle deze offers, nog geen kunstweg.
  Waarom toch niet ?
  Met elk jaar stijgen de belastingen voor de gemeente
zonder dat het Heidenschap ook maar eenigzins deelt
in al de voorregten, welke met de belastingen, voor de
ingezetenen worden verkregen.
  Wij vragen : is dat eene billijke verhouding ? Zijn
ook wij geene ingezetenen van Workum ?
  Immers ja ! Waarom dan niet die wanverhouding
te doen ophouden !  Veel wordt er steeds gedaan, om
den druk der belastingen voor de ingezetenen te ver-
ligten ; aan ons Heidenschapsters , wordt bijna nooit ge-
dacht.
   Och !  dat ook uit ons midden eens jubeltoonen om-
hoog konden stijgen, voor de vervulling van een zoo
lang gekoesterde wensch, is de bede van
                             Twee boeren in het Heidenschap